Hoe rekenschap te geven van landverbeteringen
Landverbeteringen zijn verbeteringen aan een stuk land om het land bruikbaarder te maken. Als deze verbeteringen een nuttige levensduur hebben, moeten ze worden afgeschreven. Als er geen manier is om een gebruiksduur te schatten, mag u de kosten van de verbeteringen niet afschrijven. Als land wordt voorbereid voor het beoogde doel, neem dan deze kosten op in de kostprijs van het grondactief. Ze worden niet afgeschreven. Voorbeelden van dergelijke kosten zijn:
Afbreken van een bestaand gebouw
Opruimen en egaliseren van het land
Houd er ook rekening mee dat land niet wordt afgeschreven, omdat het geen nuttige levensduur heeft. In plaats daarvan wordt aangenomen dat het een eeuwig leven heeft. De enige situatie waarin waardevermindering van grond is toegestaan, is wanneer de waarde ervan wordt uitgeput door het verwijderen van natuurlijke hulpbronnen.
Als er functionaliteit aan het land wordt toegevoegd en de uitgaven een nuttige levensduur hebben, noteer deze dan in een aparte grondverbeteringsrekening. Voorbeelden van landverbeteringen zijn:
Drainage- en irrigatiesystemen
Hekwerk
Landschapsarchitectuur
Parkeerplaatsen en loopbruggen
Een bijzonder punt zijn de lopende kosten van landschapsarchitectuur. Dit zijn periodekosten, geen vast activum, en moeten daarom als kosten worden geboekt wanneer ze worden gemaakt.